Jazeker, de Japan-bug heeft ons te pakken. Om ons voor te bereiden op onze respectieve tripjes naar het land van de reizende zon, stelden we een hele leeslijst samen. Ik zie ons al zitten op de pijlsnelle Shinkansen – of op de startbaan op de luchthaven – verdiept in één van de pareltjes uit de Japanse literatuur. Ga je niet op reis, maar wil je je wel eens iets anders lezen dan onze westerse literatuur? Perfect! We buigen ons over een stapel van acht Shōsetsu en hebben het over de rol van katten in de Japanse literatuur en de ruimere Japanse samenleving. Voor de woordenlijstfetisjisten zijn Japanse romans ook place to be: bijna elke roman verklaart op zijn laatste pagina’s een aantal unieke Japanse begrippen.
Op onze stapel:
- ‘De Kat’ van Takashi Hiraide is een dun kleinood over een jong schrijverskoppel dat sober maar tevreden leeft. Plots verschijnt er een kat die elke dag op bezoek komt en hun leven verandert.
- ‘Kokoro, de wegen van het hart’ van Soseki Natsume is een grote klassieker in de Japanse literatuur, over de clash tussen de oude Japanse cultuur en de nieuwe. Klinkt die kokoro bekend? In De Japanse manier van Erin Niimi Longhurst is er een hoofdstuk aan gewijd, want kokoro betekent ook letterlijk ‘de wegen van het hart’. Je hoort er hier alles over.
- ‘Stilte’ van Shusaku Endo is misschien minder onbekend dan gedacht, want Martin Scorcese verfilmde deze klassieker als Silence. Net als de roman vertelt hij het verhaal van twee Portugese jezuïeten die in de 17e eeuw naar Japan trekken op zoek naar hun verdwenen leermeester. Zowel een historische roman als een relaas van schuld, lafheid en de oorverdovende stilte van een verdwenen god.
- ‘An Artist of the Floating World’ van Kazuo Ishiguro, daar hoorde je Trees ook al over palaveren in #27. Deze roman van nobelprijswinnaar Ishiguro heeft het over morele verantwoordelijkheid, de onafhankelijkheid van de kunsten en een oude man die niet weet hoe en of hij in het reine kan komen met zijn verleden en zijn dochters.
- ‘Kitchen’ van Banana Yoshimoto is een fantastisch (veel te dun) boek over troost om heel vaak te herlezen.
- ‘Het jachtgeweer’ van Yasushi Inoue is haast even dun, maar ook even mooi als ‘Kitchen’. De roman vertelt het verhaal van een liefdesaffaire tussen een vrouw en een getrouwde man, in drie brieven: van de vrouw, haar dochter en de bedrogen vrouw. De brieven zijn verzameld door de getrouwde man die ze bezorgt aan een dichter die hij bewondert. De brieven zijn kort, maar geven met weinig woorden heel veel diepte aan de personages. Deze novelle kreeg ik trouwens van Lieselotte van de toffe leesblog Actafabulaest.
- ‘Het hoofdkussenboek’ van Sei Shonagon is met gemak het oudste boek van deze stapel en werd geschreven in de 11e eeuw. Voor de goede luisteraars, Heleen heeft het hier ook kort over gehad in podcast #39. Het hoofdkussenboek is intussen een genre op zichzelf geworden dat slaat op een verzameling van teksten, lijstjes en anekdotes – in ons geval van een hofdame. Bijzonder is dat het zo persoonlijk is en aanspreekt dat het ook nu geschreven had kunnen zijn. Het boek verscheen onlangs in een nieuwe vertaling van Jos Vos, die daar de Filter Vertaalprijs 2019 voor won – proficiat, Jos!
- ‘After dark’ van Haruki Murakami, want Murakami mag natuurlijk niet ontbreken. After dark is één van zijn dunnere romans en speelte zich op één nacht in Tokio af. Daar kruisen de wegen van verschillende bijzondere personages.
2 gedachten over “#54 De Bende verkent de Japanse literatuur”